Een medewerker was met een kleine wals bezig met het verdichten van pas aangebrachte grond. Voor deze werkzaamheden zijn op verschillende plekken een zakbaak (meetpaal) geplaatst om de zetting van de bodemlagen in de gaten te houden. De medewerker wilde met de wals de zakbaak passeren om bij de andere kant te komen. Hierbij kwam de wals te dicht bij de rand van het talud waardoor de rand afkalfde en de machine scheef begon te zakken.
De machinist probeerde nog te stoppen maar door het trillen van de rol schoof de wals toch verder over de rand van de betreffende ophoogslag. Uiteindelijk kwam de wals voorbij het kantelpunt en is toen gekanteld.
De machinist is met de schrik vrijgekomen. Omdat de ophoogslagen niet zeer hoog waren, stortte de machine niet direct naar beneden van grotere hoogte. De materiële schade bleef daardoor beperkt tot een gebarsten raam aan de zijde waar de wals de grond raakte. Maar dit had natuurlijk erger kunnen aflopen.
Er zijn verschillende oorzaken te benoemen bij dit incident:
Hieronder vind je de gevolgen van het incident:
Uit analyse blijkt dat het vaker voorkomt dat grondverzetmachines of vrachtwagens wegglijden of kantelen bij grondverzetwerkzaamheden. Bij het rijden of bij het laden en lossen van bijv. grond. In de meeste gevallen komen de machinisten van grondverzetmachines en chauffeurs vrachtwagens met de schrik vrij en is er meestal alleen materiële schade. Maar kans op letsel of beknelling is aanwezig. Daarnaast kunnen medewerkers die zich in de directe omgeving van de voertuigen bevinden wanneer deze kantelt groot gevaar lopen.
De volgende maatregelen zijn te nemen om incidenten als dit te voorkomen
Meer informatie nodig over dit incident of de maatregelen: