Ik heb ervaring met klachten die ik heb gekregen na contact met de eikenprocessierups.
In deze toolboxmeeting besteden we aandacht aan een insectensoort die vervelende gezondheidsschadelijke klachten kan veroorzaken als je ermee in contact komt. Het gaat om de eikenprocessierups. Deze insectensoort komt vooral voor in een bosrijke omgeving.
Op een groot aantal eikenbomen in Nederland kan men in de maanden mei, juni en juli behaarde rupsen aantreffen. Deze rupsen gaan 's nachts groepsgewijs - in processie - op zoek naar voedsel (eikenbladeren); vandaar de naam eikenprocessierups.
Overdag zitten de rupsen bij elkaar in een spinsel tegen de stam of dikkere takken, waar ze later ook verpoppen. Deze "nesten" bestaan uit een dicht spinsel van vervellingshuidjes met brandharen en uitwerpselen.
De rupsen hebben lange, witte haren, maar voordat ze de beruchte brandharen krijgen, vervellen ze eerst een aantal malen. De brandharen zijn 0,1-0,2 mm lang, en laten makkelijk los waarna ze door de wind worden verspreid. Vanaf mei zijn de rupsen zover gegroeid dat ze brandharen hebben. De rupsen verpoppen begin juli tot een onopvallende nachtvlinder. De vrouwtjes hiervan zetten in augustus hun eitjes weer af.
Hoe herken je de eikenprocessierups?
Verwarring
Nesten en spinsels van de eikenprocessierups kunnen mogelijk verward worden met die van andere insectensoorten zoals de spinselmot en de bastaardsatijnvlinder.